Kluinkoppen

Stad-Groninger carnavalsverenigingen heten Vloertrappers of Trefplonzers. Die namen hebben geen enkele traditie en ik kan me voorstellen dat namen die dat wel hebben, zoals Mollebonen of Klokkedieven, wegens hun culinaire karigheid of vermeend criminele inslag niet in aanmerking komen, maar constateer toch met enig leedwezen dat de carnavalsclubs een kans hebben laten liggen, want ze hadden zich met evenveel historisch recht als groot plezier Kluinkoppen kunnen laten noemen.

Dat ze het niet deden, tekent evenwel de teloorgang van deze oude bijnaam voor de stadjers. Toen de Westerbroekster dominee Laurman in 1822 zijn bijdragen over de Groninger tongval te boek stelde, leefde dat kluinkoppen nog volop als scheldwoord (p. 37). Sindsdien is het verdwenen, met de kluin, het Groninger bier. In de kolommen van het Nieuwsblad van het Noorden, voor zover die nu op internet staan, treft men het woord bijvoorbeeld niet aan.

In de jaargang 1804 van het (Groningse) Weekblad tot Nut van ’t Algemeen (niet op internet) wijdde Mattheus van Heyningen Bosch, alias Burgerhart, er nog een stukje aan. Volgens hem was het een naam die Nederlanders in het algemeen, maar in het bijzonder Friezen, Geldersen en Hollanders aan Groningers gaven. Friezen zouden er een handje van hebben om een Groninger voor de voeten te werpen: “Dou biste maar ien Groninger kluinkop”.

In Burgerharts tijd werd nog wel wat kluin gedronken, en voor de naamsverklaring kon hij dus gemakkelijk verwijzen naar dit “zeer krachtig , koppig en smaaklyk bier, dat alleen in deze stadt gebrouwen wordt, en voorheen wyd en zyd verzonden wierd”. Groningers waren ooit “grote liefhebbers” van dit straffe bier geweest en konden er “een aardig schepje” van op –

“En dat de Groningers ten dezen opzigte een zeer goede smaak hadden hebben de Nederlanders en vooral de Friesen (…) duidelyk beweezen. Immers wordt het veerschip, dat alle donderdagen van Groningen op Leeuwarden, vice versa, vaart, om de groote menigte kluin, die daarmede in vroegere dagen naar Friesland, en van daar naar elders vervoerd wierd, tot heden toe het kluinschip, en deszelfs schipper de kluinschipper genaamd.”

Dat “vroegere dagen” geeft intussen aan dat er een flinke achteruitgang in de kluinconsumptie plaatsvond. Burgerhart meende zelfs dat de Groningers van zijn tijd al nauwelijks meer de naam kluinkoppen konden dragen, aangezien ze hun bier sinds eind 17e eeuw meer en meer vervingen door koffie en thee, en sinds enkele decennia tevens door wijn. Vooral op dat decadente vocht uit het Rijnland en Frankrijk had hij ’t niet begrepen:

“De burger, die eertyds met zyn kluinkannetje by zich, onder zyn wyf en kinderen de lange winter-avonden zoo vergenoegd als een koning by eigenen haard versleet, terwyl hy met een goed vriend een dammetje zettede, en ten tien uure, met de burgerklok, te rikke ging, gaat thans in het koffyhuis eene flesch wyn drinken, speelt een kaartje, en komt eindelyk berooid van hoofd en beurs om middernacht te huis, terwyl vrouw en kinderen niet zelden aan de noodigste behoeften gebrek lyden.”

Onze zegsman lijkt dan ook terug te verlangen naar een tijd dat er überhaupt geen koffie en thee en nauwelijks wijn was. Tegenover het decadente heden zet hij een zuiver verleden, waarin dat kluinkoppen ook geen scheldwoord kon zijn, maar een erenaam was. Aan hun bier dankten de Groningers van weleer “hunne dikke billen en ronde koppen” en bovendien een “blos der gezondheid op de koonen”, en vanwege “dezen drank en hun gezond voorkomen” werden ze, in een tijd dat ze nog “welvaarende en gelukkig” waren, door hun naburen kluinkoppen genoemd.

Burgerharts opvatting van kluinkoppen als erenaam, houdt echter allerminst stand tegen de toets der historische kritiek. In De bisschop voor Groningen, een satirische tragikomedie die kort na 1672 gemaakt werd, dus in een tijd dat de Groningers nog volop hun kluin dronken, komt de term kluinkoppen namelijk al voor. Dat gebeurt om precies te zijn in het derde bedrijf, acte 3 van het stuk, als de soldaten van Bommen Berend en de Groninger burgers elkaar vanuit hun loopgraven en bolwerken voor alles en nog wat beginnen uit te maken. Het eerste scheldwoord dat de Groningers dan door de Munstersen toegevoegd krijgen, is, u raadt het al: kluinkoppen.


11 reacties on “Kluinkoppen”

  1. Bert Visser schreef:

    Ik herinner mij dat in de jaren ’70 of ’80 nog eens is geprobeerd om Groninger Kluinbier aan de man te brengen. Meerdere Groninger siljters verkochten het toen. Geen idee of het met dat bier nog iets geworden is.

    • groninganus schreef:

      Het was inderdaad even te koop in de Kroeg van Klaas, ca. 1995. Ik dronk er toen 3 achter elkaar zoals je normaal bier drinkt, merkte toen pas dat er 9 % alcohol in zat en ging stuiterend naar huis. Volgens Fokke, de eigenaar van de KvK, bedierf het spul te snel, viel het niet stabiel te houden, en is het daarom uit productie genomen. De brouwer was – meen ik, maar hou me ten goede – Wim Quist.

      • klaas schreef:

        Zal het Peter Quist geweest zijn? Zie http://www.pinkgron.nl/quist/quist.htm

        • klaas schreef:

          O nee, volgens http://nl.wikipedia.org/wiki/Kluinbier was het Nico Derks

          • Harry Pinkster schreef:

            Klopt helemaal, Nico Derks was brouwer van brouwerij Sint Marlinus in de nieuwe Kijk in het Jatstraat: http://www.pinkgron.nl/martinus/martinus.htm. Daar werd rond 1992 een stevig Cluynbier gebrouwen van iets minder dan 9% (meerdere varianten van 8,5% en 8,8%) .
            Het kan echter ook zijn (omdat de eerste reactie spreekt van de jaren 70-80) dat het om Kluyn gaat, een bier van 7,5% en gebouwen door Ronald Mengerink in 1985. Het was het laatste bier van brouwerij de Noorderzon. http://www.pinkgron.nl/noorderzon/noorderzon.htm Overigens is Ronald Mengerink nu aan het brouwen geslagen in België (Baarle-Hertog) en erg succesvol als brouwer van de dochter van de Korenaer. Kuin bier, ook wel Groninger Haverbier genaamd,is overigens een nauwelijks meer gebrouwen biertype. Des te leuker dat de organisatie van het Groninger bierfestival (13/14 april as in de Martinikerk) de amateurbrouwers in Groningen heeft opgeroepen om weer een Kluin bier te brouwen.

            • Rico van Breen schreef:

              Beste Harry, ik zit nu pas je Kluinbier story te lezen. Nu ben ik al jaren op zoek naar het recept van kluinbier, zou jij me opweg kunnen helpen. Als amateur bierbrouwer en lid van het wijngilde “wijn aan de rijn” houd de mogelijk oudste bier van Nederland mij bezig… vriendelijke groet Rico.

  2. klaas schreef:

    Fijne scheldwoorden overigens via je laatste link, vooral Nonnefoxer intrigeert me. Zou het betekenen wat ik met mijn dirty mind vermoed?

  3. boomkruiper schreef:

    Dus de naam molleboon komt voort uit een weinig culinaire kennis?
    Ik denk dat ik er nog maar een Kluintje op pak 🙂 Proost!

  4. harmien schreef:

    Ik ben vrij zeker dat die radio (aangegeven als Philips) een Grundig is.( zie het schildje met de grote G) Wij hadden er vele jaren dat model..

  5. harmien schreef:

    Excuses, ik trek die reactie in. Is inderdaad een Philips.


Mijn gedachten hierbij zijn:

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.